In 1947 wordt de Werkgeversvereniging voor het Bankbedrijf (WGVB) opgericht. Doel is het gezamenlijk behartigen van de sociaal-economische belangen. De eerste cao voor de banken wordt in 1950 gesloten. Het is een kleine cao voor lager administratief personeel bij de algemene banken. In de decennia daarna verandert er relatief weinig aan de cao.
In de jaren ’70 en ’80 ontwikkelen de banken zich van vooral administratieve organisaties naar commercieel gerichte bedrijven. Binnen het bankwezen ontstaan allerlei nieuwe functies en het aantal medewerkers groeit snel. Naast traditionele vakbonden komen ook de bonden voor middelbaar en hoger personeel aan de onderhandelingstafel.
De ontwikkelingen in de bancaire sector vragen om een ander soort cao. De Rabobank en de spaarbanken worden lid van de WGVB. Ook een groot aantal buitenlandse banken betreedt de Nederlandse markt. De cao gaat vanaf dat moment gelden voor bijna de hele sector en groeit uit tot een van de belangrijkste bedrijfstak-cao’s in Nederland.
In de loop van de jaren ’80 blijkt dat de uniforme cao voor de sector niet langer volstaat. De leden van de WGVB zijn een diverse groep en dat vraagt om maatwerk. Zo krijgen banken de mogelijkheid om binnen bepaalde grenzen een eigen salarissysteem te ontwikkelen. In de jaren ’90 zet de trend van meer maatwerk in de cao verder door.
De jaren ‘90 zijn ook het decennium van grote fusies. Eerst fuseren NMB en Postbank. Niet lang daarna volgen Amro en ABN. En in hun kielzog gaan ook Pierson Heldring & Pierson en Bank Mees & Hope samen tot MeesPierson. Die wordt daarna ingelijfd door Fortis. Later gaat Postbank verder met Nationale Nederlanden als ING.
Na de fusiegolf is een klein aantal grote financiële instellingen over. Zij verschillen zo sterk van elkaar dat één cao voor het bankbedrijf niet meer past. In 2000 besluiten de vijf grootste banken elk een eigen ondernemings-cao af te sluiten. Daarmee komt na vijftig jaar een einde aan de cao voor de hele sector.
In 2001 fuseert de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) met de WGVB en vanaf dat moment behoorde ook de sociaaleconomische belangenbehartiging tot de taken van de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB). In december 2015 is, binnen de context van de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB), de Werkgeversvereniging Banken (WVB) opgericht. Het doel van de WVB is het optreden als werkgeverspartij bij het aangaan van de CAO Banken en het behartigen van de sociale belangen van haar leden. De huidige CAO Banken is van toepassing op zo’n 24 middelgrote en kleinere deelnemende banken en geassocieerde instellingen en ca. 4.000 medewerkers.
Archief CAO teksten
- CAO Banken 1.1.2022 - 1.1.2023
- CAO Banken 1.1.2021 - 1.1.2022
- CAO Banken 1.1.2019 - 1.1.2021
- CAO Banken 1.1.2017 - 1.1.2019
- CAO Banken 1.7.2014 - 1.1.2017
- CAO Banken 1.1.2014 - 1.7.2014
Deze CAO geldt voor de contracterende partijen als rechtstreekse opvolger van de Algemene Bank CAO 1 november 2010 tot 1 januari 2012 en kreeg de naam ‘CAO Banken’. - Algemene Bank CAO 1.11.2010 - 1.1.2012 (PDF)
- Algemene Bank CAO 1.4.2009 - 1.11.2010 (PDF)
- Algemene Bank CAO 1.1.2008 - 1.4.2009 (PDF)
- Algemene Bank CAO 1.1.2006 - 1.1.2008 (PDF)
- Algemene Bank CAO 1.7.2004 - 1.1.2006 (PDF)
- Algemene Bank CAO 1.4.2003 - 1.7.2004 (PDF)
- Algemene Bank CAO 1.7.2001 - 1.4.2003 (PDF)
- Algemene Bank CAO 1.6.2000 - 1.7.2001 (PDF)
- Algemene Bank CAO 1.1.1999 - 1.6.2000 (PDF)
- Algemene Bank CAO 1.4.1998 - 1.1.1999 (PDF)
- Algemene Bank CAO 1.4.1995 - 1.4.1998 (PDF)