Het pensioen kan de vorm hebben van:

  • een eindloonregeling (van toepassing tot uiterlijk de vigerende einddatum van de wettelijke transitietermijn);
  • een geïndexeerde middelloonregeling (indexatieambitie: loon- of prijsindex) (van toepassing tot uiterlijk de vigerende einddatum van de wettelijke transitietermijn);
  • een collectieve beschikbare premieregeling (CDC-regeling) (van toepassing tot uiterlijk de vigerende einddatum van de wettelijke transitietermijn);
  • een individuele beschikbare premieregeling;
  • een vlakke premieregeling (conform pensioenwet artikel 10);
  • of combinaties daarvan (hybride regeling) binnen de gestelde wettelijke kaders.